Onze website gebruikt cookies om je surfervaring te verbeteren. Om deze website optimaal te gebruiken vragen we je om akkoord te gaan met ons gebruik van cookies.

Ik ga akkoord liever niet.
Voorgesteld

Librado , liberalisme over de ether

Librado, de Liberale Radio Omroep is vanaf de jaren dertig de omroepvereniging van de Nederlandstalige liberale zuil in België en de inspiratie voor de latere gelijknamige zendgemachtigde in de jaren tachtig. Het medium van de radio wordt al snel het nieuwe ideologische strijdtoneel.

Florian Van de Walle
19 september 2023

De oprichting van het NIR

De eerste radio-omroepen duiken op in de Verenigde Staten en Nederland aan het eind van de jaren 1910. In België, maar ook in grote landen zoals Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, ontwikkelt de radio-omroep zich aan het begin van de jaren ’20.

De eerste Belgische radio-omroep is Radio Belgique. Het is een volledig privé-initiatief dat voortkomt uit een bedrijfje dat radio-ontvangsttoestellen produceert, de Société Belge Radio-Electrique (SBR). De uitzendingen van Radio Belgique zijn voornamelijk Franstalig. Théo Fleischman brengt in 1924 het allereerste radiojournaal op deze radio (met een liberaal-neutraal randje).1 In Vlaanderen kriebelt het dan ook om een eigen Nederlandstalige omroep te beginnen.

De katholieken nemen de eerste stap. Na een congres van de Katholieke Vlaamse Landsbond in 1927 maken ze werk van de oprichting van een zuilgebonden omroep naar Nederlands model (in Nederland is de radio dan al in een verzuild avontuur verzeild). Ook de socialisten zien geen graten in de oprichting van hun eigen spreekbuis via de ether. Op 14 juli 1929 richten zij de SAROV (Socialistische Arbeiders Radio) op. De katholieken volgen niet veel later, op 6 oktober, met de KVRO (Katholieke Vlaamse Radio). De Boerenbond richtte eerder, op 9 februari 1929, de zender NV Radio op als tegenhanger van Radio Belgique. De KVRO kan via deze zender vrij snel vanuit België beginnen uit te zenden.2 Bij de liberalen lijken er vanaf 1928 al plannen te bestaan, maar op een concrete omroepvereniging is het nog enkele jaren wachten.

Théo Fleischman verzorgt in 1924 het eerste radiojournaal in België.

Van bij het begin is het duidelijk dat de KVRO de belangrijkste radio in het noordelijk deel van het land is, terwijl in het zuiden Radio Belgique (intussen in financiële moeilijkheden) nog steeds de meeste luisteraars kan lokken. De KVRO kan financieel een beroep doen op de Boerenbond waardoor het de SAROV in zijn kielzog achter zich laat.

De liberalen, die dan in de rooms-blauwe regering-Jaspar II zetelen, willen voorkomen dat Vlaanderen volledig in de ban komt van de klerikale KVRO. Maurice Lippens, van 1927 tot 1929 liberale minister van Posterijen, Telegrafie en Telefonie (PTT, de latere RTT), tracht met enkele wetsvoorstellen de KVRO de stokken in de wielen te steken. Gesteund door liberale en socialistische volksvertegenwoordigers, neemt hij het initiatief voor de oprichting van een openbare radiodienst die hij het NIR (Nationaal Instituut voor Radio) doopt. Het NIR is in het voorstel van Lippens een openbare instelling naar het model van de Britse BBC (British Broadcasting Corporation). Met andere woorden: het NIR zou de enige zendgemachtigde zijn en volledig gecontroleerd worden door de overheid, maar wel met de voorwaarde van neutraliteit. De wetsvoorstellen van Lippens raken echter niet in hun oorspronkelijke vorm door het parlement. Katholieke oppositie en parlementaire verkiezingen zwakken de toch eerder etatistische voorstellen van Lippens wat af. Zijn - eveneens liberale - opvolger, minister Pierre Forthomme, krijgt de wetsvoorstellen van Lippens in gewijzigde vorm door het parlement. De grootste concessies voor de katholieken zijn de garanties over neutrale berichtgeving en een meer paritaire samenstelling van de raad van bestuur van het NIR (niet enkel de regering maar ook het parlement kan leden van de raad van bestuur aanduiden). In 1930 gaat de Belgische omroeporganisatie van start, een eerste uitzending volgt op 1 februari 1931. Het personeel en materiaal van Radio Belgique wordt grotendeels in het NIR opgenomen.3

Librado uit de startblokken

In de wet van Forthomme is er plaats voor uitzendingen van omroepverenigingen. De katholieken doen een beroep op hun KVRO en de socialisten op hun SAROV. De liberalen beschikken aan het begin van 1930 nog altijd niet over een eigen omroepvereniging. Op 15 oktober 1928 zette men naar verluidt al stappen naar Librado met Valentin Kleynen, John Sels en Charles Obbens, maar over dit eerste initiatief is slechts zeer weinig geweten.4 Wat vaststaat is dat op 1 februari 1931 Librado het levenslicht ziet. Stichter-voorzitter van de vereniging is John Van Kessel. Onder de stichtende leden bevinden zich behoorlijk wat Vlaamsgezinde liberalen. Enige overlap met het Liberaal Vlaams Verbond is dan ook niet vreemd. Onder anderen Paul Lamborelle, Arthur Vanderpoorten, Léon Dens en Karel Weyler behoren duidelijk tot deze strekking. De enige vrouw in het gezelschap is Emilie Speth. Ook Valentin Kleynen is van de partij, de man die - naar eigen zeggen - al in 1928 het initiatief voor Librado nam. Het is duidelijk dat Librado voornamelijk een Antwerps fenomeen is. Het algemeen bestuur bestaat uit John Van Kessel, Arthur Vanderpoorten, Jos. Aerts en Jules Somers, allen afkomstig uit de provincie Antwerpen.5

De eerste voorzitter, John Van Kessel is lange tijd de secretaris van Louis Franck, minister van Koloniën (1918-1924) en gouverneur van de Nationale Bank (1926-1937). In de periode 1929-1930 geeft Van Kessel op Radio Belgique een aantal voordrachten over Belgisch-Congo. Zijn betrokkenheid bij de radio gaat echter al terug tot 1928. Op 29 april 1928 staat hij op de lijst van stichters van de Vlaamsche Radio Vereeniging. Deze vereniging wil een tegengewicht bieden tegen het Franstalige Radio Belgique. Ze is vrij pluralistisch maar lijkt toch vooral te bestaan uit leden van Vlaamsgezinde, katholieke en socialistische kringen. Onder anderen Lodewijk Scharpé, August Vermeylen, Herman Vos en Herman Teirlinck worden als stichters genoemd.6 De doelstelling van de vereniging om een neutrale Vlaamse stem te zijn in het Belgische radiolandschap, valt al snel in het water wanneer, met de steun van de Boerenbond, de KVRO de concurrentie inhaalt.7 Van Kessel lijkt, gezien zijn ervaring, dus een uitermate geschikt persoon om het begin van Librado in goede banen te leiden.

De eerste uitzending van Librado gaat door op vrijdag 13 februari 1931 met een redevoering van Van Kessel over het belang van een Vlaamsgezind liberalisme en de vervlaamsing van de Gentse universiteit. Livemuziek wordt gebracht onder leiding van H. Meulemans.8 In het eerste werkjaar is de uitzendtijd van Librado nog vrij beperkt. De KVRO en SAROV krijgen beduidend meer zendtijd toegewezen, elk vier uur per week. Librado en Vlanara (de Vlaams-nationalistische omroepvereniging) krijgen elke maand vier uur. In de aanloop naar de parlementsverkiezingen van 1932 zet de nieuwe liberale minister van PTT, François Bovesse, nog een sterk staaltje politiek gemanoeuvreer neer door de zendtijd van Librado op gelijke voet met die van de KVRO en SAROV te zetten.9 Op het liberaal partijcongres van 18-19 juni 1932 vraagt de partijtop vrij expliciet om meer uitzendtijd met het oog op de verkiezingen. De vrees van de partij is dat de katholieken en socialisten, die een groter luisterbereik hebben, te veel voordeel halen uit de zendtijd die hen is toebedeeld. Ideologisch lijkt de partij voorstander van een neutrale zender zoals het NIR, die feitelijk nieuws, muziek en kunst brengt, maar vooral de politiek weert. Praktisch voelt de partij zich bedreigd door de KVRO en SAROV die hun zendverenigingen als de spreekbuis van hun partijen gebruiken. Ze ziet zich dus genoodzaakt om mee te gaan in het verzuilde systeem van omzendverenigingen.10

Werking en programmatie

Librado is opgebouwd als een echte ledenvereniging. Er worden lokale afdelingen gesticht die elk hun eigen werking hebben. Aanvankelijk zijn er alleen in de grootsteden afdelingen, zoals Antwerpen, Brugge, Kortrijk en Aalst (opvallende afwezige is Gent). Later hebben ook kleinere gemeenten zoals Wetteren en Hoboken een lokale Librado-werking. Aangesloten leden kunnen voordrachten over radiotechniek bijwonen, een informatiebulletin ontvangen, en voordrachten en films bijwonen. Sommige afdelingen beschikken ook over een depannagedienst. Leden met technische problemen kunnen een beroep doen op een technicus die hun radiotoestel herstelt. Aangesloten muziekverenigingen, toneelkringen en volksmaatschappijen kunnen, mits toestemming van het hoofdbestuur, hun muziekstukken, luisterspelen en aankondigingen van hun activiteiten te berde brengen.11

De eigenlijke programmatie wordt van tevoren verspreid in de dagelijkse pers. Het programma bestaat onder andere uit spreekbeurten. Deze spreekbeurten lijken vaak verzorgd door leden van het Liberaal Vlaams Verbond, met Arthur Vanderpoorten op kop. Ook voor het kinderuurtje van Librado wordt vrij veel reclame gemaakt. Naar eigen zeggen is het Librado-kinderuurtje een van de meer succesvolle programma’s van de omroepvereniging. Pierre Van Kessel, Frans Borremans (allebei “vader Librado”) en een zekere mej. Servranckx (“moeder Librado” en secretaresse van Jef Mennekens) verzorgen de stemmen en de componist Willem Pelemans voorziet het geheel van muzikale begeleiding. De programmamakers worden begeleid door een aantal vooraanstaande literatoren en pedagogen, onder wie Maurits Sabbe, Jozef Verheyen en de vrouw van Victor Resseler. De krant Het Laatste Nieuws en de periodiek Het Volksbelang maken - niet verwonderlijk - op gezette tijdstippen reclame voor de belangrijkste spreekbeurten en opvoeringen.12

Tussen deze spreekbeurten, nieuwsberichten en causerieën wordt muziek gespeeld. Piet Selens (medewerker van het NIR) en Willem Pelemans zorgen ervoor dat alles in goede banen verloopt. Uit een later interview met Willem Pelemans blijkt wel dat er op de redactie toch wat verschillende ideeën zijn over de programmatie van Librado. Van Kessel is voorstander van de wat meer volkse muziek zoals die ook te horen is tijdens uitzendingen van de SAROV. Pelemans daarentegen houdt vast aan zijn klassieke muziek. Uiteindelijk stapt Pelemans in 1938 op.13

Een ander populair programma dat in april 1937 in debuut gaat is De Blauwe Vogel. Het is een cabaretprogramma onder begeleiding van de Antwerpse acteur Mark Belloy. Belloy schrijft de teksten en helpt mee bij de uitvoering. Het humoristische programma wordt door menig luisteraar gesmaakt. In januari 1940 wordt Belloy de programmaleider van Librado tot het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog.14

Radiostilte na de oorlogsjaren

Tijdens de Tweede Wereldoorlog wordt het Flageygebouw, van waaruit het NIR vanaf 1938 uitzendt, ingenomen door de Duitse bezetters. Zender Brussel voor Nederlandstaligen en Radio Bruxelles voor Franstaligen zenden tijdens de bezetting propagandaberichten uit van de nazi’s. De Belgische regering in Londen richt in 1942 een nieuwe staatsomroep op, de BNRO (Belgische Nationale Dienst voor Radio-Omroep). De facto zenden de omroepverenigingen niet meer uit tijdens de oorlogsjaren. Enkel de Antwerpse afdeling van Librado blijft clandestien acties ondernemen, aangevoerd door Frans Delbaere.15

De besluitwet van 14 september 1945 herstelt het NIR als staatsomroep. Het grote verschil met de vooroorlogse situatie is dat er in deze besluitwet geen sprake meer is van zendtijd voor derden. Er wordt volledig ingezet op het BBC-model, dat tijdens de oorlogsjaren een zeer positieve indruk naliet op de Belgen omwille van zijn feitelijkheid en betrouwbare nieuwsberichten. Binnen de KVRO is er nog een harde kern die ernaar streeft om de nationale cultuur (lees katholieke cultuur) in de programmatie van het NIR ingang te doen vinden. De impact hiervan lijkt echter gering. De SAROV en Librado lijken na de oorlog volledig uitgeblust, een overlegvergadering van de omroepvereniging wordt in 1949 zelfs afgelast wegens een te geringe interesse.16

Toch blijft Librado na de oorlog een geringe werking in stand houden. Zo richt Librado in Antwerpen in 1946 een cursus radiotechniek in. Van een echte werking is evenwel nog geen sprake.17 In 1948 komt daarin verandering. Op 26 augustus verschijnt in Het Laatste Nieuws een bericht dat Librado zijn werkzaamheden hervat. Een aantal oude bekenden maakt opnieuw deel uit van het bestuur. Valentin Kleynen, Librado-adept vanaf het eerste uur, is de nieuwe ondervoorzitter. De nieuwe voorzitter wordt de man die tijdens de oorlog de Antwerpse afdeling staande hield, Frans Delbaere, een figuur over wie verder weinig gekend is (behalve dat hij een middenstander is uit Antwerpen). Ook oud-voorzitter John Van Kessel is weer van de partij maar neemt geen bestuursfunctie meer op. In het nieuwe bestuur zit ook de toen nog onbekende Herman Vanderpoorten.18 Eind 1948, begin 1949 verschijnen er nog verschillende berichten in Het Laatste Nieuws die oproepen om lid te worden van Librado.

In de loop van 1949 begint het Librado-bestuur met de publicatie van een periodiek. In de verschillende nummers wordt constant opgeroepen om nieuwe afdelingen te stichten en leden aan te trekken. De hele wervingsactie is een mild succes. In Diest, Tongeren, Oudenaarde, Ronse en Brugge richt men afdelingen op. Over de activiteiten maakt men in 1949 weinig gewag. Meer dan enkele filmavonden en spreekbeurten zit er niet in. In het tijdschrift gaat het vooral over het nieuwe medium televisie, hoe je het best radioapparatuur installeert, muziek, en enkele fait divers.

De rekruteringsgolf van 1949 loopt nog door tot 1950. Begin 1950 meldt men dat er 21.000 leden zijn aangesloten. Vooral de cursussen radiotechniek lijken populair. Men is dan ook van plan om een toelage aan te vragen bij het ministerie van Openbaar Onderwijs.19 Na 1950 wordt het stil rond Librado. Hier en daar verschijnen nog aankondigingen voor de inrichting van nieuwe cursussen, maar zelfs die lijken steeds sporadischer. In 1960 wordt er nog een laatste keer reclame gemaakt voor een avondcursus.20 Daarna ontbreekt elk spoor.

In 1960 wordt onder de rooms-blauwe regering-Gaston Eyskens de nieuwe Omroepwet gestemd. Hiermee wordt het NIR opgeheven en komt de BRT in de plaats. Erkende omroepverenigingen krijgen de mogelijkheid om radio- of televisie-uitzendingen te organiseren.21 

Vanaf midden de jaren vijftig zijn de oude omroepverenigingen reeds vervangen door nieuwe politieke structuren die gastprogramma’s mogen maken. Voor de liberale zuil neemt het Liberaal Vlaams Verbond het roer over. De gastprogramma’s op het NIR-BRT zijn echter een stuk beperkter dan de vooroorlogse periode van de omroepverenigingen. Het is wachten tot de jaren tachtig vooraleer de omroepverenigingen hun rentree maken in het medialandschap. De liberalen maken dan opnieuw gebruik van de naam Librado om hun uitzendingen te presenteren.

Bronnen, noten en/of referenties

1. Jean-Claude Burgelman, Omroep en politiek in België: het Belgisch audio-visuele bestel als inzet en resultante van de naoorlogse partijpolitieke machtsstrategieën (1940-1960) (Brussel: BRT Uitgave, 1990) 56.

2. Cas Goossens, Radio en Televisie in Vlaanderen, een geschiedenis (Leuven: Davidsfonds, 1998) 41-42.

3. Goossens, Radio en Televisie in Vlaanderen, 45-50.

4. Librado. Maandblad van de Liberale Radio omroep, 1949, nr. 1, 2.

5. Liberas, Promotiefolder van Librado, s.d.

6. Het Laatste Nieuws, ‘Vlaamsche Radio-Vereeniging’, 2 mei 1928, 2.

7. Goossens, Radio en Televisie in Vlaanderen, 50-59.

8. Het Laatste Nieuws, ‘Een Vlaamsche liberale radio-omroep’, 15 februari 1931, 2.

9. Johan Putseys ‘Radiostrijd tussen de twee wereldoorlogen’, in: Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, 17 (1986): 54-55.

10. Liberas, Archiefcollectie Liberale Congressen, doos 2. Verslag van het partijcongres, 18-19 juni 1932, 151.

11. Liberas, Promotiefolder van Librado, s.d.

12. Het Laatste Nieuws, ‘Het kinderuurtje van Librado, hoe het er aan toegaat bij de uitzending’, 20 april 1934, 3.

13. Liberas, Archief Librado (audiovisuele collectie), NOID:959C54BX56, Willem Pelemans interview - tape 3, 11 december 1986 (minuut 9:28 tot 14:28).

14. Letterenhuis, Niet verwerkt Archief Mark Belloy, “Bundel teksten van de Blauwe Vogel” en “Medewerking aan de uitzendingen van Librado”, doos 8 en 10.

15. Librado. Maandblad van de Liberale Radio omroep, 1949, nr. 1, 2.

16. Goossens, Radio en Televisie in Vlaanderen, 59-64.

17. Het Volksbelang, ‘Bij Librado’, 6 juli 1946, 4.

18. Het Laatste Nieuws, ‘Bij Liberale Radio-Omroep’, 26 augustus 1948, 2. 

19. Het Laatste Nieuws, ‘Bij Librado. Algemene jaarvergadering te Antwerpen’, 27 februari 1950, 3.

20. Het Volksbelang, ‘Uit Antwerpen, avondschool Librado, 17 september 1960, 4.

21. Goossens, Radio en Televisie in Vlaanderen, 67-70.

Hoe verwijs je naar dit artikel?

Florian Van de Walle, "Librado , liberalisme over de ether", Liberas Stories, laatst gewijzigd 15/11/2024.
copy url

Colofon

Liberas Stories is een realisatie van cultuurarchief Liberas. Het werd ontwikkeld door Josworld en Webdoos naar een concept van Ruben Mantels. Aan de hand van een ‘Atlas’ en een ‘Magazine’ vertelt Liberas Stories de geschiedenis van het liberalisme en worden de collecties van Liberas gepresenteerd. Deze website werd gelanceerd in juni 2021 en is sindsdien verder uitgebouwd.

De inhoud van dit portaal is bestemd voor Liberas’ erfgoedgemeenschap, maar ook voor studenten, onderzoekers en journalisten en voor iedereen die ons erfgoed wil ontdekken. Het is geen catalogus van onze collectie: die vind je op liberas.eu.

Liberas heeft geprobeerd alle rechthebbenden op beeldmateriaal te contacteren. Personen of organisaties die zich alsnog in hun rechten voelen geschaad nemen contact op met Liberas vzw, Kramersplein 23, 9000 Gent.

Alle teksten op deze website mogen hergebruikt worden mits het overnemen van de auteurs- en bronvermelding. Alle opmerkingen met betrekking tot Liberas Stories - vragen, aanvullingen, correcties, suggesties voor nieuwe bijdragen - zijn welkom op info@liberas.eu. 

Volg ons op