Onze website gebruikt cookies om je surfervaring te verbeteren. Om deze website optimaal te gebruiken vragen we je om akkoord te gaan met ons gebruik van cookies.
Boegbeelden
De liberale beweging telt vele gezichten. Hier vind je biografische informatie over mannen en vrouwen die het liberalisme in België vorm hebben gegeven. De namen van de boegbeelden komen naar voren in de Atlas en het Magazine.
Frans Grootjans
Frans Grootjans, Wilrijk, 24.1.1922 - Antwerpen, 20.2.1999
Licentiaat in de handelswetenschappen en de consulaire wetenschappen, hoofdredacteur De Nieuwe Gazet; gemeenteraadslid in Antwerpen (1971-1986), volksvertegenwoordiger (1954-1987), minister (1966-1968, 1985), voorzitter Vlaamse Raad (1985-1987); partijvoorzitter PVV (1973-1977, 1981-1982).
Frans Grootjans behaalt een licentiaatsdiploma in de handelswetenschappen en de consulaire wetenschappen in Antwerpen. In de jaren onmiddellijk na de Tweede Wereldoorlog komt hij terecht in liberale middens (liberale studentenbeweging en Liberale Jonge Wacht). Dankzij deze connecties kan hij aan de slag in de perswereld. Aanvankelijk werkt hij voor Het Laatste Nieuws. In 1957 promoveert hij tot hoofdredacteur en later directeur-generaal van de door de NV Hoste overgenomen Antwerpse titel De Nieuw Gazet.
Gesteund door Vlaamsgezinde liberalen en het Liberaal Vlaams Verbond komt Grootjans als volksvertegenwoordiger in het parlement (1954-1987). Zijn invloed neemt gestadig toe. Hij krijgt tweemaal een ministerpost toegewezen: minister van Nationale Opvoeding (1966-1968) en minister van Financiën en vicepremier (1985). Naast gemeenteraadslid in Antwerpen (1971-1986) zetelt hij ook op het regionale niveau (1971-1987) met als afsluiting van zijn politieke carrière het voorzitterschap van de Vlaamse Raad (1985-1987). In 1991 krijgt hij na de verkiezingen nog een informatieopdracht toevertrouwd.
Grootjans leidt twee keer de PVV als partijvoorzitter (1973-1977; 1981-1982). Samen met Willy De Clercq en Herman Vanderpoorten is hij reeds in de jaren 1960 een van de architecten van de verzelfstandiging van de Vlaamse liberale partij en zorgt hij vooral voor de ideologische onderbouw. Het door Grootjans samengestelde Manifest van de Vlaamse liberalen (juni 1971) vormt de basis voor het eerste partijprogramma. Tijdens zijn partijvoorzitterschap brengt Grootjans op congressen de thema’s onder de aandacht die hem na aan het hart liggen: het centrumidee (1974), het doorbreken van het BRT-monopolie (1974), de ontvetting van de staat (1975), het sociaal gelaat van het liberalisme (1976), de vrije onderneming (1976). Grootjans is ook diegene die in de eerste helft van de jaren 1970 meer ethische thema’s zoals bijvoorbeeld de gelijkheid van man en vrouw, strafrecht en overspel, homorechten en abortus op de agenda plaatst. Het brengt Grootjans bij het idee van de zogenaamde Centrumpartij, een brede alliantie van progressieve krachten over de klassieke politieke scheidingslijnen heen (1973-1974). In de jaren 1980 ondersteunt hij wel het neoliberalisme dat vooral door de jonge Verhofstadt en zijn medestanders wordt gedragen, maar tegelijkertijd waarschuwt de Antwerpse eminence grise voor de gevaren die dit met zich kan meebrengen wanneer het sociale element uit het oog wordt verloren.